Het klooster Onze Lieve Vrouwe Abdij wordt bewoond door de Benedictinessen die net als hun mannelijke genoten (de Benedictijnen in de Paulus­abdij) uit Frankrijk verdreven waren. Hoewel het na 1918 weer mogelijk was om naar Frankrijk terug te keren (en veel zusters deden dat ook) koos ook een groot aantal van hen om in het Oosterhoutse klooster te blijven; er werd een priorij ge­sticht. In 1924 werd de priorij verheven tot abdij. Van lieverlee traden ook meer Nederlandse zusters in en ver­anderde de voertaal van Frans in Neder­lands.

Nu nog wonen zo'n 20-tal Benedictinessen­zusters in het klooster. Naast hun dagelijkse werkzaamheden (o.a. zorg voor de maal­tijden, de was, het lesgeven aan jongeren, de bibliotheek) wordt een groot deel van de dag benut voor liturgie, gebed, bezinning en contact met god.

Daarnaa…

Het klooster Onze Lieve Vrouwe Abdij wordt bewoond door de Benedictinessen die net als hun mannelijke genoten (de Benedictijnen in de Paulus­abdij) uit Frankrijk verdreven waren. Hoewel het na 1918 weer mogelijk was om naar Frankrijk terug te keren (en veel zusters deden dat ook) koos ook een groot aantal van hen om in het Oosterhoutse klooster te blijven; er werd een priorij ge­sticht. In 1924 werd de priorij verheven tot abdij. Van lieverlee traden ook meer Nederlandse zusters in en ver­anderde de voertaal van Frans in Neder­lands.

Nu nog wonen zo'n 20-tal Benedictinessen­zusters in het klooster. Naast hun dagelijkse werkzaamheden (o.a. zorg voor de maal­tijden, de was, het lesgeven aan jongeren, de bibliotheek) wordt een groot deel van de dag benut voor liturgie, gebed, bezinning en contact met god.

Daarnaast houden de zusters zich bezig met het restaureren van gobelins en de vervaardiging van liturgische gewaden. In een aparte vleugel van de abdij is een gastenverblijf ingericht. Wie een paar dagen stilte en bezinning zoekt is hier van harte welkom.

Op dit moment wordt het klooster volledig gerestaureerd en genoveerd.

Locatie